Tuesday, May 29, 2007

de volgende brief schreef uik aan Elsevier op 18.05.07

Aangezien de haatcampagne tegen de Palestijnen door de heer Leon de Winter, dit keer onder de titel Dries van Agt, doorgaat en er blijkbaar geen andere stemmen zijn te vinden om wat tegengas te geven, hoop ik dat de Redactie van Elsevier mij deze mogelijkheid wil bieden.
Ik realiseer mij, dat aangezien de standpunten van De Winter verschillende openingen geven tot reactie, een en ander de ruimte van een ingezonden stuk ruimschoots te boven gaat. Niettemin reageer ik hieronder op drie door De Winter opgebrachte punten.

Ik citeer uit Scars of War, Wounds of Peace van Shlomo Ben-Ami. Zijn staat van dienst voor zijn land Israël is vlekkeloos: in 1999 werd hij minister van ‘Public Secutity’, van 2000-2001 minister van Buitenlandse Zaken. Zijn rol in het vredesproces begon in 1991als lid van de Israëlische delegatie naar de vredesconferentie van Madrid, later was hij hoofd van de Israëli delegatie bij de multilaterale besprekingen over vluchtelingen; als minister van BZ in Barak’s regering nam hij deel aan de Camp David Summit, en leidde hij het Israëli team bij de Vredesconferentie van Taba.

Ik citeer uit zijn boek (pag. 42), vertaling van mij:
I. ‘De oorlog van 1948 was de Palestijnse Naqbah, De Ramp, waarvan het uiteenrijten van de Palestijnse gemeenschap en de massale exodus – rond 700’000 - van zijn leden de grootste tragedie was.’
‘De werkelijkheid was soms veel simpeler en wreder dan Ben Gurion bereid was te erkennen. De Arabische gemeenschap leefde in een staat van panische angst, tegenover een meedogenloos Israëlisch leger wiens pad naar de overwinning was geplaveid niet alleen met zijn wapenfeiten tegen de reguliere Arabische legers, maar eveneens door de intimidatie, en soms wreedheden en massamoorden, begaan tegen de civiele Arabische bevolking, Een Arabische bevolking in paniek werd ontworteld door de schok van de bloedbaden, zoals die van Dir Yassin, Ein Zeitun, Ilabun en Lydda, die zouden worden gebeiteld in het Arabische monument van leed en haat. Evenals door de operationele bevelen zoals die van Moshe Carmel, de commandant van de Carmel brigade bij de Operaties Yiftah en Ben-Ami, ‘om aan te vallen om te winnen, de mannen te doden, de dorpen van Al-Kabri, Umm al Faraj en An Nahar in brand te steken’, en door de massale verdrijvingen gedurende de Operatie Yoav.’




Dit is nog maar het begin. Er is nog veel te zeggen over de ‘rampzalige eerste Intifada, zowel als over de Oslo accoorden en de - volgens De Winter – roverhoofdman Arafat, de schurk, de dief.
II. In zijn conclusies schrijft Ben-Ami (pag. 318):
‘Arafat will go down in history als de vader van een uiterst belangrijke strategische verandering in de geschiedenis van de Palestijnse beweging. Hij was degene die het inititief nam voor het Israëli-Palestijnse vredesproces door de Verklaring van Algiers van de PLO in 1988. In Algiers verliet de PLO het volkomen onrealistische concept van een oplossing gebaseerd op één Arabisch-Israëli staat in Palestina. Hoe onwillig Israëli regeringen ook mogen zijn geweest om met de PLO te onderhandelen, en niettegenstaande het feit dat de Verklaring van Algiers hoofdzakelijk was bedoeld om te reageren op de eisen van de Reagan regering aan Israël om de PLO te erkennen, zou Arafat’s moedige stap Israël geen andere optie openlaten dan om vroeger of later onderhandelingen over een twee-staten oplossing te openen. Arafat’s bekrachtiging van de twee-staten oplossing zou de aanzet geven tot een monumentale verandering van de Israëli politiek. Het dwong voor de eerste keer sinds 1967 tot een werkelijk politiek debat in Israël over de toekomst van de gebieden, en zou helpen om de wezenlijke politieke verschillen tussen Rechts en Links, Likud en Labour met betrekking tot de Palestijnse kwestie te onthullen.’

III. De heer De Winter zou studies als het bovengenoemde boek van Ben-Ami, evenals Sowing the Wind van John Kay, moeten lezen om een goed inzicht te krijgen in de praktijken van o.a. de Likud en de ‘Stein gang’. Dan zou hij zien wat die activisten lang vòòr de staat Israël werd gesticht aan terroristische daden uitvoerden.

Mischien vindt u een mogelijkheid om aan de lezers van Elsevier een tikkeltje evenwichtiger inzicht in het Palestijnse drama te geven.
Dankend voor uw geduld,

Hoogachtend,



Ari Sigmond